Makita DLS110 Instruction Manual page 117

Breng de buitenflens en inbusbout aan. Draai de inbus-
bout met behulp van de inbussleutel linksom vast terwijl
u de asblokkering ingedrukt houdt.
► Fig.37: 1. Inbusbout 2. Buitenflens 3. Zaagblad
4. Binnenflens 5. As 6. Ring
KENNISGEVING:
Als de binnenflens werd ver-
wijderd, moet u deze op de as aanbrengen met het
uitsteeksel van het zaagblad afgekeerd. Als de flens
verkeerd wordt aangebracht, zal de flens tegen het
gereedschap aanlopen.
Breng de beschermkap en de middenkap terug naar
hun oorspronkelijke positie. Draai daarna de inbus-
bout rechtsom vast om de middenkap vast te zetten.
Ontgrendel de aanslagpen om de slede te ontgrende-
len uit zijn hoogste stand. Breng het handvat omlaag
om te controleren of de beschermkap goed beweegt.
Controleer voordat u begint te zagen of de asblokkering
de as niet langer vergrendelt.
WAARSCHUWING:
op de as wordt geplaatst, moet u ervoor zorgen,
dat de juiste ring, passend voor het asgat van
het zaagblad, is aangebracht tussen de binnen-
en buitenflens. Het gebruik van een verkeerde
asgatring kan resulteren in een gebrekkige montage
van het zaagblad, waardoor dit gaat bewegen en
sterk trillen met als gevolg dat u de controle over het
gereedschap kunt verliezen en ernstig persoonlijk
letsel kan worden veroorzaakt.
Een stofzuiger aansluiten
Wanneer u tijdens het zagen schoon wilt werken, sluit u
een Makita-stofzuiger aan op het mondstuk met behulp
van aansluitmond 24 (optioneel accessoire).
► Fig.38: 1. Aansluitmond 24 2. Slang 3. Stofzuiger
Stofzak
Door de stofzak te gebruiken werkt u schoon en kan het
zaagsel eenvoudig worden opgeruimd. Om de stofzak
aan te brengen, verwijdert u de stofafzuigslang vanaf
het gereedschap en bevestigt u de stofzak.
► Fig.39: 1. Stofafzuigslang 2. Stofzak
Wanneer de stofzak ongeveer halfvol is, maakt u hem
los van het gereedschap en trekt u de sluitstrip eruit.
Maak de stofzak leeg en tik er zachtjes op voor het
verwijderen van achtergebleven stofdeeltjes die verdere
stofopvanging zouden kunnen belemmeren.
► Fig.40: 1. Sluitstrip
Voordat het zaagblad
Werkstuk vastklemmen
WAARSCHUWING:
om het werkstuk altijd goed vast te klemmen
in het juiste type spanschroef of kroon-profiel-
lijstaanslag. Als u dat niet doet, kan dat leiden tot
ernstig persoonlijk letsel en schade aan het gereed-
schap en/of het werkstuk.
WAARSCHUWING:
zagen, mag u het handvat pas omhoog brengen
nadat het zaagblad volledig tot stilstand is geko-
men. Als u het handvat omhoog brengt terwijl het
zaagblad nog ronddraait, kan dat leiden tot ernstig
persoonlijk letsel en schade aan het werkstuk.
WAARSCHUWING:
zaagt dat langer is dan het voetstuk van de zaag,
moet het werkstuk worden ondersteund over
zijn volledige lengte buiten het voetstuk, en op
dezelfde hoogte zodat het werkstuk horizontaal
blijft. Een goede ondersteuning van het werkstuk
helpt voorkomen dat het zaagblad vastloopt en een
mogelijke terugslag optreedt die kan leiden tot ernstig
persoonlijk letsel. Vertrouw niet alleen op de verticale
en/of horizontale spanschroef om het werkstuk op zijn
plaats te houden. Dun materiaal hangt gemakkelijk
door. Ondersteun het werkstuk over zijn hele lengte
om vastklemmen van het zaagblad en mogelijke
TERUGSLAG te voorkomen.
► Fig.41: 1. Steun 2. Draaibaar voetstuk
Geleiders
WAARSCHUWING:
schap te bedienen, controleert u of de bovenste
geleider stevig is vastgezet.
WAARSCHUWING:
zagen van een schuine hoek of geen enkel onder-
deel van het gereedschap, vooral het zaagblad,
de bovenste en onderste geleiders raakt wanneer
het handvat in elke positie volledig omlaag en
omhoog wordt gebracht en de slede over het hele
bereik wordt verschoven. Als het gereedschap of
het zaagblad de geleider raakt, kan terugslag of een
onverwachte beweging van het werkstuk worden
veroorzaakt met ernstig persoonlijk letsel tot gevolg.
Gebruik de bovenste geleiders om een werkstuk te
ondersteunen dat hoger is dan de onderste geleiders.
Steek de bovenste geleider in het gat in de onderste
geleider en draai de klemschroef vast.
► Fig.42: 1. Bovenste geleider 2. Onderste geleider
3. Klemschroef 4. Stelschroef
KENNISGEVING:
de fabriek bevestigd aan het voetstuk. Verwijder de
onderste geleiders niet.
KENNISGEVING:
steeds los is nadat de klemschroef is vastgedraaid,
draait u de stelschroef om de spleet te dichten. De
stelschroef is in de fabriek afgesteld. U hoeft deze
niet te gebruiken, behalve indien nodig.
117 NEDERLANDS
Het is uiterst belangrijk
Nadat u klaar bent met
Wanneer u een werkstuk
Alvorens het gereed-
Controleer voor het
De onderste geleiders zijn in
Als de bovenste geleider nog