Dagelijks Gebruik - AEG BSK772281B User Manual

Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

7. DAGELIJKS GEBRUIK

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
7.1 Verwarmingsfuncties
STANDAARD
Grillen
Om dunne stukken voedsel te grillen en
brood te roosteren.
Circulatiegrill
Voor het braden van grote stukken vlees
of gevogelte met bot op één niveau. Voor
gratineren en bruinen.
Hetelucht
Bakken op maximaal drie rekstanden tege‐
lijkertijd en voedsel drogen. Stel de tempe‐
ratuur 20 - 40 °C lager in dan voor Boven
+ onderwarmte.
Bevroren gerechten
Perfect voor kant-en-klare maaltijden (bijv.
patat, aardappelkroketjes of loempia's).
Boven + onderwarmte
Voor het bakken en roosteren op één
ovenniveau.
Onderwarmte
Kies deze functie na een kookproces om
het voedsel zo nodig meer aan de onder‐
kant te bruinen. Gebruik het laagste rekni‐
veau.
Deeg Laten Rijzen
Om het deeg te laten rijzen voor het bak‐
ken.
SPECIAAL
Inmaken
Om groenten en fruit in te maken, plaatst u
de potten in een bakplaat gevuld met wa‐
ter, met behulp van potten met bajonet of
schroefdoppen van dezelfde grootte. Ge‐
bruik de eerste rekstand.
12
NEDERLANDS
Drogen
Om in plakjes gesneden fruit, groenten en
champignons te drogen. Om de met vocht
verzadigde lucht te laten ontsnappen en
het fruit beter te laten drogen, is het raad‐
zaam om de ovendeur tijdens het droog‐
proces af en toe te openen.
Borden Warmen
Om borden voor het serveren op te war‐
men.
Ontdooien
Om voedsel te ontdooien (groenten en
fruit). De ontdooitijd is afhankelijk van de
hoeveelheid ingevroren voedsel en de
grootte daarvan.
Gratineren
Voor gerechten zoals lasagne of aardap‐
pelgratin. Voor gratineren en bruinen.
Lage Temperatuur Garen
Bereidingsproces bij lage temperatuur. Het
is ideaal om delicate gerechten te berei‐
den (bijv. rundvlees, kalfsvlees of lams‐
vlees).
Warm houden
Om voedsel warm te houden. Houd er re‐
kening mee dat sommige gerechten kun‐
nen blijven koken en drogen terwijl ze
warm worden gehouden. Bedek de scha‐
len indien nodig.
Warmelucht (vochtig)
Deze functie is ontworpen om tijdens de
bereiding energie te besparen. Bij het ge‐
bruik van deze functie kan de temperatuur
in het apparaat verschillen van de ingestel‐
de temperatuur. De restwarmte wordt ge‐
bruikt. Het verwarmingsvermogen kan
worden verminderd. Raadpleeg voor meer
informatie het hoofdstuk "Dagelijks ge‐
bruik", opmerkingen op: Warmelucht
(vochtig).

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents