De ventilatorsnelheid wijzigen
Automatisch ( )
In de automatische modus kiest het apparaat de
ventilatorsnelheid in overeenstemming met de
luchtvochtigheid.
1
Druk op de ventilatorsnelheidsknop
om automatisch (
Handmatig
1
Druk herhaaldelijk op de
ventilatorsnelheidsknop
gewenste ventilatorsnelheid te kiezen (1, 2,
3 of 4) (afb. w).
Opmerking
•
Ventilatorsnelheid 4 is alleen beschikbaar
voor HU5931.
De timer instellen
Met de timer kunt u het apparaat zo instellen
dat deze gedurende een bepaald aantal uren
in werking is. Wanneer de ingestelde tijd is
verstreken, wordt het apparaat automatisch
uitgeschakeld.
1
Druk herhaaldelijk op de timerknop
om het aantal uren te selecteren
gedurende welke het apparaat in werking
moet zijn (afb. x).
» U kunt met de timer een tijd instellen
van 1 tot 8 uur.
Om de timer uit te schakelen drukt u
herhaaldelijk op de timerknop
wordt weergegeven op het scherm (afb. y).
72
NL
) te kiezen (afb. v).
om de
tot
Het kinderslot instellen
1
Houd de kinderslotknop
ingedrukt om de kinderslotmodus in te
schakelen (afb. z en {).
» Wanneer het kinderslot is ingeschakeld,
reageren alle andere knoppen niet.
2
Houd de kinderslotknop
3 seconden ingedrukt om het kinderslot
uit te schakelen.
Waterniveau
Het waterniveau in het waterreservoir is
zichtbaar door het waterniveauvenster op het
waterreservoir.
Wanneer er niet genoeg water in het
waterreservoir is, gaat het lampje voor water
vullen
knipperen om aan te geven dat u het
waterreservoir moet bijvullen (afb. |).
Opmerking
•
Wanneer er geen water in het waterreservoir
is, stopt het bevochtigingsfilterwiel met
draaien. In de automatische modus werkt
het apparaat op ventilatorsnelheid 1. In
de handmatige ventilatorsnelheidsmodus
blijft het apparaat werken op de gekozen
ventilatorsnelheid. Wanneer het
waterreservoir weer met water is gevuld,
begint het bevochtigingsfilterwiel weer te
draaien.
3 seconden
weer